Categoriearchief: Geen categorie

Toezicht op verbonden partijen

In modern openbaar bestuur is samenwerking heel hard nodig. Beleid en mensen trekken zich nou eenmaal niet veel aan van gemeente- of provinciegrenzen. Samenwerking zorgt er vaak voor dat een betere en goedkopere aanpak mogelijk is. Maar naast deze voordelen zijn er natuurlijk ook nadelen. Samenwerken vraagt afstemming, vertrouwen en vaak moet je iets van eigen bepalende positie en zeggenschap inleveren. Je moet het immers samen doen.

Voor gemeenteraden zijn de samenwerkingsorganisaties behoorlijk ongrijpbaar. De gemeente geeft een stukje eigen autonomie op, maar wat betekent dat dan van de controlerende taak van een Raadslid. Wat komt daarvoor in de plaats en hoe doe je dat met Raadsleden uit andere gemeenten? Het antwoord is niet altijd even scherp. Bij de lokale welzijnsorganisatie of bibliotheek waar je een subsidie aan geeft is nog wel helder. Daar kan je de wethouder aanspreken, zeker als alleen jou gemeente dat doet. Maar hoe zit het met een NV waar de gemeente aandelen van heeft met andere overheden? En maakt het dan uit hoeveel aandelen? En dan heb nog Gemeenschappelijke Regelingen. De meest vergaande vorm van samenwerking. Maar vraag een groep Raadsleden waarom dat zo vergaand is, dan vinden ze dat lastig onder woorden te brengen.

Verbonden partijen als onderwerp wordt vaak overgelaten aan de financieel specialisten. Dat zijn blijkbaar mensen die in een woud van regels en ordeningen nog een beetje overzicht kunnen houden. Maar dat is steeds lastiger nu bij het Sociaal Domein, Veiligheid, Welzijn en Gezondheid, Milieu en Toezicht ook steeds meer “overheidsclubjes” ontstaan. Daarom is het belangrijk dat Raadsleden niet alleen oog hebben voor de financiële kant van controle maar ook van de spelregelkant en “Governancekant” van controle. De komende tijd zal ik in een reeks blogjes proberen mijn ervaringen met dit onderwerp als gemeenteraadslid, wethouder, aandeelhouder en Bestuurslid te delen.

Van waterige stedenbouw naar inspirerend waterfront

Op maandag 1 oktober staat de informatienota visievorming Zwarte Waterzone op de agenda. Daarin wordt geschetst dat (1) de gemeente aan de slag gaat om met andere partijen een visie te ontwikkelen (2) dat er begin oktober ontwerpavonden zijn en (3) dat de gemeenteraad aan het eind van het jaar ja of nee mag zeggen. Ik vind het op dit moment nog een vlakke en niet inspirerende start; Een verplicht nummer. Waarom niet meer inspiratie en verbeelding?

De gemeenteraad gaat er dus eind 2018 nog over praten, maar vooraf wil ik er wel iets over kwijt. Omdat dat niet meer op tijd lukt voor de geplande ontwerpbijeenkomsten met belangstellenden van komende week via dit blogje.

Zwolle wil meer grote stad zijn, meer waterbeleving en meer levendigheid. Dan verwacht je dat terug te lezen in zo’n belangrijke gebiedsontwikkeling in de bestaande stad. Als je leest welke ambitie het College heeft, dan valt me dat eigenlijk behoorlijk tegen. Ja natuurlijk, in het stuk staat alles wel zo ongeveer genoemd. Van wonen, groen, schepen, havens tot belangen. Maar het is ook algemeen, als een waterige grabbelton; alles zit erin, maar wat je krijgt is onzeker. Waarom niet meer ambitie, waarom zo voorzichtig? Alleen kritiek hebben is niet mijn stijl, daarom een poging tot meer ambitie en verbeelding voor dit gebied.


A) Kies voor echte waterbeleving. Geen stad in Nederland wordt zo omringd en doorkruist door water als Zwolle. We willen voorloper zijn in Nederland en praten daar veel over binnen en buiten Nederland. Dit is een kans om dat concreet te maken. Kampen, Deventer, Zutphen en zelfs Dalfsen hebben meer waterfront. Kies er nu voor om Zwolle ook meer met het water te verbinden en doe dat door levendige functies en bedrijvigheid. De landtong achter de Hornbach is daar volgens mij perfect voor. Doe datzelfde door Holtenbroek écht te verbinden met het water in het gebied bij de havens. Daar wordt Holtenbroek mooier van, levendiger en het aangezicht vanaf het water ook. Maak voor beide locaties een aantrekkelijk waterfront, zodat het water in Zwolle niet alleen meer door de achtertuinen stroomt. (Met de Thorbeckegracht als uitzondering natuurlijk ;-))

B Want levendige functies kunnen dit gebied veel meer uitstraling geven. Kies bijvoorbeeld voor Horeca en Cultuur (met goedkope huur) op de begane grond en wonen op de etages daarboven. Het bouwen mag ook wel wat hoger, dat geeft smoel aan de waterkant en dan kan je ook meer woningen realiseren en dat laatste is voor ontwikkelaars financieel gunstiger. Een beetje grootstedelijke uitstraling kan dit gebied echt iets bijzonders maken. Met een slenterboulevard om een mooi rondje te lopen. Vergeet niet dat dit gebied helemaal niet zo ver is van de Binnenstad.

C Leg dus de lat niet te laag. Bouwen doe je voor de lange termijn, tenminste als je kwaliteit wilt bouwen. Er worden nu dezelfde stedenbouwkundige termen gebruikt waarmee bijvoorbeeld een wijk als Stadshagen bouwt. Dit is echt iets anders in de bestaande stad. Kies voor mooie architectuur en bouw daar de monumenten van de toekomst!

Welzorg? Ons een zorg.. een reconstructiepoging

De gemeente Zwolle is verantwoordelijk voor uitvoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. (WMO). Daar hoort onder meer bij dat hulpmiddelen worden verstrekt aan mensen die dat, al dan niet tijdelijk, nodig hebben. Scootmobiels, trapliften, rolstoelen etc. De afgelopen jaren was Welzorg verantwoordelijk voor deze verstrekking, maar die verantwoordelijkheid konden ze niet dragen. Slechte service, in de kwaliteit van de producten, lastige bereikbaarheid en slecht klantcontact. Alle reden om afscheid te nemen van deze organisatie. Daarom was in de gemeenteraad veel blijdschap dat de gemeente vorig jaar besloot om het contract met Welzorg na een korte verlenging te beïndigen. Andere gemeenten hadden dat al eerder gedaan om dezelfde redenen. Een nieuwe aanbesteding moest de problemen oplossen. Geen monopolie meer, maar meerdere aanbieders. Kwaliteit boven prijs en efficiency en de beroerde service van de afgelopen jaren zou meetellen in het kiezen van de nieuwe leverancier. Zwolle was klaar met Welzorg dat was de conclusie en de gewenste uitkomst van een nieuwe aanbesteding.

Vriend en vooral vijand waren verrast toen twee weken geleden bleek dat Welzorg toch opnieuw, samen met een andere aanbieder de leverancier werd van hulpmiddelen. We hoorden dat op een aparte manier, want de kort geding rechter kwam daar aan te pas. Hoe is dat mogelijk?

Afgelopen week stuurde het college van B&W een informatienota over dit onderwerp. Wie in die nota antwoord zoekt op de vraag waarom Welzorg opnieuw gekozen is komt bedrogen uit. Welzorg was eerst derde, maar vanwege “signalen” heeft de gemeente na onderzoek nummer 1 gediswalificeerd. Dat alles roept veel vragen op. Hoe is de aanbesteding dan verlopen en hoe kan het dat de wethouder nu ineens zo positief is over de verbetering van de kwaliteit die Welzorg biedt. Het college geeft daar geen inzicht in, daarom probeer ik een reconstructie te maken.

  • 9 januari 2017 in de eerste Raadsvergadering van dat jaar wordt een motie aangenomen die oproept de kwaliteit bij Welzorg te verbeteren en bij een nieuwe aanbesteding meerdere aanbieders te contracteren.
  • In april 2017 worden door ChristenUnie en SP opnieuw vragen gesteld en besluit de gemeente later die maand het contract eenmalig met 9 maanden te verlengen en een aanbesteding te starten voor nieuwe aanbieders.
  • In januari stelt de gemeenteraad het aanbiedingskader vast voor de nieuwe aanbesteding van de dienstverlening voor WMO hulpmiddelen.
  • In april stuurt het College een informatienota, bevestigt daarin opnieuw het aanbiedingskader en schetst het vervolg “De stukken voor de aanbesteding zijn gepubliceerd. De beoordeling van de stukken is half mei, de Participatieraad en Toegankelijk Zwolle zijn in de beoordelingscommissie vertegenwoordigd. Het is de bedoeling dat eind mei voorlopig gegund wordt. Definitieve gunning is gepland half juni, zo hebben we voldoende tijd voor de implementatie. Op 1 oktober loopt het contract met Welzorg af”.
  • De gepubliceerde stukken met “het gevraagde” ken ik niet, maar in mei 2018 sturen zes aanbieders sturen een voorstel in blijkt uit de informatienota van deze week . Volgens de gemeente voldoen die kennelijk aan de vereisten want niemand wordt aan het begin van uitgesloten. Belangrijk is hier te melden dat een aanbieding moet voldoen aan eisen om toegelaten te worden. Als aan deze “knock-out” criteria niet wordt voldaan, dan worden partijen niet meegenomen in het vervolg
  • Alle aanbieders worden beoordeeld. Dat gaat via scoreformulieren waarbij maximale punten voor bepaalde onderdelen te halen zijn.
  • Uit de beoordeling komen 2 partijen die het hoogst scoren. De gemeente stuurt alle partijen een bericht van voorgenomen gunning. Dat is verplicht om partijen de mogelijkheid te geven om te reageren op de uitkomst. Bij de gemeente gaan geen alarmbellen af dat Welzorg met hun staat van dienst nog zo hoog kan scoren in dit proces.
  • Na de voorlopige gunning ontvangt de gemeente “signalen” van aanbieders schrijft ze in de informatienota. Dit is een hele losse formulering. In een aanbesteding worden geen  “signalen” gegeven maar is de vorm voorgeschreven. Het kan niet anders dat een partij of partijen formeel bezwaar hebben gemaakt en exact hebben omschreven wat dat bezwaar is. Waarschijnlijk speelt Welzorg daar een rol, want die hebben een groot belang om Zwolle te “verliezen”.
  • De gemeente “onderzoekt” de signalen en komt de conclusie dat een partij geen goede aanbieding heeft gedaan. Deze partij voldoet met terugwerkende kracht blijkbaar niet aan de vereiste voorwaarden. Welke dat zijn is niet bekend. In de informatie schrijft het College wel dat naar “verschillende standaardcriteria is gekeken”.
  • Onduidelijk is wat de gemeente met deze uitkomsten doet en wat overwogen is. Is overwogen om de aanbestedingsprocedure te stoppen en niet te gunnen. Ook omdat Welzorg zo hoog heeft gescoord? Hebben de beroerde prestaties in het verleden (past performance) invloed gehad?
  • De gemeente besluit om de winnende partij met de verkeerde aanbieding de diskwalificeren. Waarom de gemeente dat nu wel doet, op basis van welke informatie is niet duidelijk. De uitspraak van de rechter heb ik nog niet kunnen vinden. De vraag is waarom de gemeente in eerste instantie niet en later op aangeven van een verliezer wél besluit om de winnaar uit te sluiten van gunning. Onduidelijk is om welke informatie dat gaat en van wie die gekregen is. Welke belangen dienden de partijen en welk belang heeft de gemeente laten gelden bij de beslissing?
  • De gemeente informeert de winnende partij over de uitsluiting. Deze partij is het daar niet mee eens en vraagt een voorlopige voorziening in kort geding.
  • De rechter stelt de gemeente in het gelijk. Volgens de informatienota heeft de rechter gesteld dat de gemeente aanbieder Kersten terecht heeft uitgesloten.
  • Begin september komt vanwege de uitspraak van de rechter de uitkomst in de De Stentor, politieke partijen reageren verbaast
  • Op 14 september neemt de wethouder het in De Stentor op voor Welzorg, suggereert dat het goed genoeg is en spreekt zijn vertrouwen uit. De klachten van de afgelopen jaren worden weggezet met de de opmerking dat veel klanten wel tevreden zijn. Dit roept de vraag op hoe serieus de past performence is meegewogen in het proces. De gemeente beoordeelt de kwaliteit al een tijdje als voldoende? Overigens wordt juist afgelopen zomer in Twente weer volop geklaagd over Welzorg.
  • Het is nergens terug te lezen, maar de gestelde termijn van 1 oktober 2018 is niet gehaald. Welzorg is ook na 1 januari 2019 aanbieder van hulpmiddelen. Samen met een ander, dat wel.
  • Maar er zijn ook zorgen of Welzorg zelf gezond genoeg is, het bedrijf maakt schrikbarende verliezen. Ben benieuwd of gemeente een goed beeld heeft of Welzorg haar verplichtingen kan blijven nakomen.

Nog veel vragen die beantwoord moeten worden. Dat zal de komende weken moeten gebeuren tijdens een behandeling in de Raad. Wat mij betreft heeft de gemeente iets gekocht wat ze niet wilde en dat vraagt om een uitleg.

 

 

“In 2020 produceert elke Nederlander gemiddeld 100 kilo restafval”. Ik weet nog nog goed hoe onrealistisch ik die afspraak vond, toen ik die een aantal jaren geleden hoorde. Zwolle had op dat moment namelijk meer dan 200kg restafval per persoon. Waarom is restafval dan zo slecht? Omdat dit type afval niet meer gebruikt kan worden voor andere toepassingen. Restafval gaat in de oven, wordt verbrand, terwijl andere soorten afval opnieuw gebruikt worden. Nu zijn we een aantal jaren verder en we kunnen al bijna concluderen dat Zwolle de doelstellingen niet gaat halen. We zitten op 186kg per persoon. Alleen ligt dat niet aan een onrealistisch doel, maar aan het gebrek aan politieke wil om het restafval te beperken. Hoe zit dat?

In 2016 kwam het College van B&W in Zwolle met het plan “Zwolle zonder afval” om meer afval opnieuw te gebruiken en het restafval te verminderen. Tijdens de bespreking koos de gemeenteraad met een kleine meerderheid voor het uitstellen van maatregelen tot 2018 omdat eerst pilots moesten worden uitgevoerd. Er is eind 2017 begin 2018 één pilot uitgevoerd. De tussentijds rapportage geeft aan dat er effecten zijn; 22 procent minder restafval. Dat is mooi maar het is de vraag of dat voldoende om de landelijke afspraken te halen. Of zoals de Rova in de memo schrijft “Er is een aanzienlijke reductie van de aangeboden hoeveelheid restafval. Pas na de proef kan worden beoordeeld of het effect van belonen groot genoeg is om de beoogde effecten uit het Grondstoffenplan te halen.” 22 procent reductie op 186kg is bij lange na niet genoeg. Ronduit verrassend is dan dat de nieuwe coalitie ervoor kiest om nu al de pilot uit te breiden over de hele stad en door te gaan met omgekeerd inzamelen. Er is zeer waarschijnlijk veel meer nodig om de landelijke doelstelling te halen. En Zwolle wil liever veel meer doen op duurzaamheid en circulariteit dan voldoen aan een afspraak die voor heel Nederland geldt. Dan is dit nagenoeg stilstand. Je zou veel meer inspanning verwachten als duurzaamheid een hoofdambitie voor de komende jaren is.

En het kan wel. Kijk eens naar onderstaand lijstje uit het jaarverslag van de Rova.

Veel gemeente maken dus hele grote stappen om het nutteloze restafval te verminderen. Dat vraagt politieke moed en meer urgentie. Invoering van bewezen instrumenten als Diftar, meer communicatie en beter nascheiden. Grof vuil dat opgehaald wordt gaat bijvoorbeeld zo de oven in, terwijl daar bruikbare spullen tussen zitten. Helaas kiest de nieuwe coalitie daar nu nog niet voor.

Kraanwater graag

Vorige week tijdens de aandeelhoudersvergadering van Vitens bleek opnieuw wat een fantastisch bedrijf het is. Water van hoge kwaliteit tegen een ongelofelijk lage prijs en dit jaar zelfs nog weer lager als vorig jaar. Onderstaand artikel klopt op een aantal onderdelen niet, de bedragen en de de vertaling naar de tarieven kloppen niet. Maar ook dan blijft de constatering dat we het voor de toekomstige generaties niet goed doen. Alles wat we nu spuiten en lekken komt over een aantal jaar bij de grondwaterbronnen. Daarom nú ophouden met het vervuilen van de toekomst. De kwaliteit van ons water is in het geding.

Consumenten betalen meer voor hun kraanwater omdat boeren het giftige bestrijdingsmiddel Roundup blijven gebruiken. Waterbedrijf Vitens, dat levert aan veel huishoudens in Oost-Nederland, maakt extra jaarlijks 15 miljoen euro aan…
DESTENTOR.NL